Onderzoek naar het brein

Een goed voorbeeld van vermindering is onderzoek naar het brein. Uit de hersenen van overleden apen kweken we iedere keer opnieuw cellen op die betrokken zijn bij bijvoorbeeld neurologische ziektes zoals multiple sclerose, de ziekte van Parkinson en dementie. Maar ook virussen zoals het Zika en het West Nijl Virus kunnen ziekte in de hersenen veroorzaken. Het opkweken van cellen uit hersenweefsel is een ingewikkeld proces, waarvoor wij veel technologische know-how hebben opgebouwd met name op het gebied van de immuuncellen van het brein, de zogenaamde microglia.

 

Hersenweefsel in een petrischaaltje.

 

Overleden apen zijn niet alleen hersendonor, ook andere weefsels zijn bruikbaar voor onderzoek. Daarom worden de apen bij ons na het overlijden weefseldonor. Hun materiaal slaan we op in onze zogeheten bio-bank. Onderzoekers binnen en buiten BPRC doen onderzoek met dit materiaal dat onderzoek met levende dieren vermindert.

Onderzoek naar het afweersysteem

Een ander voorbeeld van vermindering is onderzoek naar het afweersysteem. Vaccins ‘trainen’ ons afweersysteem om binnendringende ziekteverwekkers op te ruimen. Ze zijn essentieel voor de bescherming van de volksgezondheid. De produktie van vaccins gebeurt iedere keer in verse porties, zogeheten batches. De veiligheid en werkzaamheid van nieuwe batches moeten nu iedere keer opnieuw getest worden in dieren.

BPRC doet deze tests zelf niet, maar helpt wel mee om voor deze repetitieve testen alternatieven te ontwikkelen. We hebben b.v. eeuwig delende cellijnen ontworpen die we in kunnen zetten als ‘bioassay’. Deze cellijnen hebben wij voorzien van allerlei moleculen en lichtgevende eiwitten. Op deze manier kunnen we zonder proefdieren, toch gedetailleerde informatie krijgen over de werking van onderdelen van vaccins.

BPRC is samen met andere Europese instituten betrokken bij de verdere ontwikkeling van dit concept, zodat niet steeds opnieuw dieren nodig zijn.